Monat: September 2021

Regen van Gruis

We zijn alweer een paar dagen thuis. De Schobbejack is leeggehaald en wasjes gedaan. Normaal gesproken hebben we hier regelmatig Calima: stof en zand wat uit de Sahara met wind uit het oosten en zuiden, deze kant op waait. Dan ligt er een zachtroze poederachtig laagje op de auto´s en op de tuintafel, maar ook binnen kom je het stof overal tegen. Wordt er dagenlang Calima verwacht, wordt het advies gegeven iets rustiger aan te doen, minder intensief te sporten. Ouderen en mensen met longaandoeningen krijgen het advies om binnen te blijven. In de afgelopen 18 maanden van Covid, was het mondkapje handig als er weer eens Calima was: we hadden het idee toch iets minder “stof te happen” dan zónder kapje.

Hier is het mondkapjes protocol nog niet helemaal verdwenen (in binnenruimtes verplicht te dragen) en velen dragen de mondkapjes ook nog gewoon buiten, ook al is er voldoende afstand en is de vaccinatiegraad ver over de 80% op de eilanden. Het is een gewoonte, de Spanjaarden zijn een volgzaam volk en zolang de overheid hierover nog geen duidelijke uitspraak heeft gedaan, dragen velen het mondkapje nog wel even. Het zit ze niet in de weg!

Nu de vulkaanuitbarstingen op La Palma nog steeds aanhouden, hebben we inmiddels een ander soort stof gevonden, op alles wat buiten staat. Het is grover van structuur en donkerder. Het is klein gruis wat neerdaalt uit de aswolken die de vulkaanmonden dag en nacht uitspuwen. Ook auto´s hier hebben een donker laagje. Voorzichtig wegvegen, of gewoon nog maar even laten liggen. Op La Palma zien we beelden van mensen die elke dag opnieuw een laag van 3-4 cm wegvegen van hun terras, auto of straatje. Een onwerkelijk gezicht.

Foto: RTV Canarias

Op sommige momenten, als de vulkanen weer heftiger reageren, spreekt men van een regen van gruis en gaat men niet de straat op zonder paraplu. Deskundigen op La Palma adviseren nu om weer volledig het mondkapje te dragen, want zoveel stof en gruis kán niet gezond zijn. Nu de wind uit het noorden komt en stevig aantrekt, doen wij dat ook maar weer.

St. Cruz de La Palma. Foto: Samuel Sánchez

La Palma

Op maandagochtend vertrokken we om stipt 07.00 uur vanuit een donker El Hierro weer naar Tenerife. De zee was een stukje onrustiger en met de duisternis om ons heen, kostte het mij moeite om te wennen aan de bewegingen die dit catamaran-schip maakte. Men noemt het niet voor niets in de volksmond “de kameel”. Pas toen we langs La Gomera voeren werd de zee wat rustiger en werd het ook licht. Leuk om dan het eiland waarop we wonen eens vanaf een andere kant te zien!

Als we de boot af rijden, zien we al een grote hoeveelheid auto´s van hulptroepen klaar staan die later die dag zullen vertrekken om de mensen op La Palma te helpen. Mannen en vrouwen die veilig transport van mens, dier en inboedel voor hun rekening nemen of metingen en berekeningen maken over de lavastromen en uitbarstingen. Laten we hopen dat ze maar kort nodig zijn en snel weer naar huis kunnen.

Op Tenerife hebben we een paar uur de tijd voordat de ferry naar La Gomera vertrekt. Eerst maar eens lekker ontbijten op een terrasje. Het verschil van publiek op El Hierro en in dit deel Tenerife is groot, we horen weinig Spaans. Na het ontbijt duik ik een winkel voor kunstenaarsbenodigdheden in. Ik kom ogen te kort en zou er uren in kunnen dwalen! Maar, de klok tikt door. We moeten De Schobbejack voorsorteren voor het laatste stukje over water. Het is maar een uurtje én met een een veel ouder schip van de Armas-maatschappij. We gaan met een gewone boot, zoals wij die allemaal vroeger tekenden. En daarmee heb ik veel minder last van de golfbewegingen dan op een catamaran-ferry.

Tamaduste

We strijken neer in Tamaduste. Het mooie van internet is, dat je al heel veel kunt bekijken en lezen over je reisbestemming(en). Tamaduste was één van die plekjes die ik graag in het echt wilde zien. Het dorpje zelf stelt niet zoveel voor en ligt aan een kleine baai. Kijk zelf even…..

Ja…. ook wij stonden met open mond te kijken! Tropisch plekje, toch? Heerlijk beschut zwemmen, poedelen en luieren. Hier houden we het wel even uit.

En zo geschiedde. De laatste dagen van ons verblijf zetten we de Schobbejack om te slapen in een zijstraatje en genieten van de rust en het water. We lezen wat, kijken wat voor ons uit en slenteren om beurt naar het lokale supermarktje (wel 30 meter verderop… ufff) voor een broodje of richting de pizzeria waar je voor 6 euro een rijkgevulde pizza kunt bestellen, die we natuurlijk aan de waterkant opeten.

We ontdekken een café waar we meeneem-koffie kunnen bestellen voor een euro en waar je twee broodjes hamburgers met friet kunt bestellen, inclusief 4 drankjes voor in totaal 10 euro. Kijk…hier gaan we gewoon even niet meer weg! 🙂

We rommelen wat op internet en zien dat op La Palma de boel erg onrustig wordt met een vulkaan die op uitbarsten staat. Wát een zorgen voor de bewoners van de regio die letterlijk en figuurlijk onder druk staan door moeder natuur! Op zondag 19 september in de middag breekt de aarde open en zien we indrukwekkende beelden en aanvullende berichten over elkaar heen rollen. Er bekruipt ons een vreemd gevoel van onrust. Niet dat we gevaar lopen of dat er risico´s zijn maar dit komt niet vaak voor. Over bosbranden op de Canarische eilanden horen en zien we elk jaar berichten. We weten dat bosbranden “erbij horen” op de eilanden en dat elk eiland risico loopt “en een keer aan de beurt is”, maar dit tart alle verbeelding. Moeten we grote explosies verwachten zoals in films, en grote aswolken? Wat is het effect op de andere eilanden? Hoeveel mensen zijn er nu al in nood?

Nog voordat we in Tamaduste aankwamen en het nieuws van de uitbarstende vulkaan, hadden we al besloten om zondagavond op te breken en de laatste nacht in de haven van Valverde te slapen. Het voelt (mede door het recente vulkaangeweld op La Palma) goed om weer naar huis te gaan.

In de haven vallen we met onze neus in de boter. Er staat iemand op een podium te zingen met een bandje. Eerst denken we nog aan een soundcheck of zoiets maar als het eerste nummer inzet, vinden we het wel heel erg goed klinken, dus we lopen die kant maar eens op. We moeten onze naam opgeven en mogen doorlopen , niks geen entree. Ik denk dat er 40 mensen voor het podium netjes op een stoeltje zitten (Covid regelgeving) en meezingen met een leuke meneer op het podium😉. Op dat moment weten we nog niet dat het Luis Fonsie is. Voor velen bekend van “Despacito” – klik even op het linkje of kijk/luister hieronder want het is écht een heel vrolijk deuntje!

Wát een leuke afsluiting van ons weekje El Hierro!

Ook dit is El Hierro

El Hierro is een vulkanisch eiland met veel donkere zwarte aarde maar ik hoop dat je inmiddels hebt gezien en gelezen dat er veel meer dan dat te zien is. Want, ook dít is El Hierro:

We rijden hier op de HI-400 die van links naar rechts over het zuiden van El Hierro loopt. Een prachtig gebied!

Een camping op El Hierro

Bij de voorpret om naar El Hierro te gaan, hadden zowel de heer des huizes als ik een wensenlijstje. Dingen die we wilden zien of doen. Naar de zeebaden gaan, de vuurtoren of een stukje door het redelijk vlakke hoogland rijden. Ook dát konden we afvinken – zie de video hieronder. Door je oogharen doet het denken aan een Engels landschap.

Bij deze beelden heb je niet echt het idee dat je op een vulkanisch eiland rijdt, toch?

Wat ook op het lijstje stond, was een nacht doorbrengen op de enige camping van het eiland, Hoya del Morcillo. Tevoren moet je je aanmelden bij de overheid om je te registreren en een kleine bijdrage (nog geen 5 euro) te betalen. Ter plekke is geen controle. Waarom dan toch registreren en betalen, zou je denken. Dat is makkelijk uit te leggen. Er valt maar weinig regen op de Canarische eilanden. Als het regent, is het in de periode november – maart. In de overige maanden is de dag- en nachttemperatuur hoog, dus droogt de boel aardig uit, met het risico op brand. In dát geval weet de overheid wat/wie zich op het terrein bevindt.

Elk eiland heeft in de zomermaanden weken waarin het risico op bosbrand erg hoog is, en sluit dan sommige recreatiegebieden ter voorzorg af. Met de hoge temperaturen van voorgaande weken, was op de social media en websites van de overheid code rood afgegeven. “Riesgo de incendios” zoals dat in goed Spaans heet. Men sluit dan ook soms wegen af uit voorzorg. Wij vonden het beter om niet te overnachten, maar een kijkje nemen kon wel. Het ligt afgelegen en is géén camping zoals in Frankrijk waarbij je een receptie, zwembad en vertier hebt. Het is een groot bosrijk gebied (wél met electra en prachtig sanitair) waarbij je vooral van de stilte en prachtige sterrennachten geniet. Want, er is geen verlichting aangelegd. Je staat tussen en onder enorm grote dennenbomen en de stilte overvalt je. Overal liggen grote dennenappels. Dus, een tas en rapen, want ze zijn zó mooi om straks in de winter als decoratie te gebruiken in de winkel! En ondertussen begint het zachtjes te regenen. Goed voor het eiland zullen we maar zeggen.

Met een grote tas vól dennenappels rijden we daarna naar La Restinga, het meest zuidelijke plaatsje op El Hierro. Vooral bekend en geliefd bij duikers omdat daar het zeeleven bijzonder is. Tien jaar geleden (in november 2011) was het er stil, omdat niet lang daarvoor vulkaanuitbarstingen in zee, en rondom La Restinga veel aardbevingen waren. We waren toen vrijwel de enige duikers en hebben veel mooi onderwaterleven gezien. Na tien jaar én in de zomer, ziet het er heel anders uit.

Moeilijk te weerstaan….

Zo´n bord (4×4 only..) is gewoon niet te weerstaan als je in een Land Rover rijdt….

Dus, hóp met de geit…eh….De Schobbejack, linksaf het zandpad op! Het lijkt nog een heel redelijk pad, tot halverwege. Dan wordt het duidelijk dat een gewone auto op dit pad echt in de problemen komt! Er zaten diepe kuilen in die niet parallel aan elkaar liepen, waardoor de Schobbejack mét inhoud goed door elkaar schudde.

Het pad leidt – zoals je kunt zien op de foto, naar de nulmeridiaan. Deze meridiaan op El Hierro is door de Grieks-Romeinse geleerde (astroloog) Ptolemaeus als nulmeridiaan geïntroduceerd. Zij bevindt zich op 17° 39′ 46″ westerlengte (WL) ten opzichte van de huidige Greenwich nulmeridiaan.

De wereldkaart volgens Ptolemaeus. Je kan heel duidelijk Spanje en de “laars” van Italië herkennen en een beetje hoekig het bovenste gedeelte van Afrika. Helemaal links heeft hij een rechte lijn getekend, de nulmeridiaan, die over El Hierro loopt.
Rond1850 werd de ligging van de nulmeridiaan door de Engelsen door middel van nauwkeurige metingen naar het oosten verlegd. Greenwich lag en ligt als nulpunt der meridianen. Vele landen namen deze standaard over en de toen zo belangrijke zeevaart stemde zijn navigatie en cartografie af op deze nieuwe ligging. Het oude punt op El Hierro kreeg in 1989 een mooie plaquette als herinnering.

En zo stonden wij op het midden van de dag op een gedenkwaardige plek…..

Naar het zuiden

We breken op bij La Maceta, willen nog méér van El Hierro zien! Opbreken is vrij eenvoudig: we vouwen het bed op, verplaatsen het “bed” van Bas op de bijrijdersstoel naar achter de bijrijdersstoel en stoppen de stoeltjes weer in de dakkist. Klaar! Voordat we echt op pad gaan, slaan we nog twee trays van 6 flessen (1,5 Liter) water in. Water is de eerste levensbehoefte en met temperaturen boven de 30 graden mág je gewoon niet misgrijpen.

De eerste stop is in Pozo de la Salud. Bij gebrek aan zoet (regen)water heeft men hier ruim 300 jaar geleden met succes een bron geslagen en er werden in 1844 bijzondere eigenschappen aan het water toegekend. Zo zou het heel goed zijn voor de huid, reumatische klachten verhelpen en problemen bij de spijsvertering verlichten. Hierdoor werden er zelfs grote vaten verscheept van El Hierro naar Cuba en Puerto Rico! In 1945 werd het zoete bronwater officieel “Aguas de Sabinosa” genoemd.

Sinds de jaren ´90 is er een Spa-Hotel gevestigd die deze bron en de bijzondere eigenschappen van het water benadrukt. Dat kón natuurlijk niet uitblijven….

De weg er naartoe is slingerend en adembenemend mooi. Het voert steeds verder weg van de bewoonde wereld, voor zover je van bewoonde wereld op een dun bevolkt eiland als El Hierro kunt spreken. We lopen rond in het kleine gehucht en zien op de rand van de kust het hotel. Je komt hier vást tot rust!

Een prachtig uitzicht over de oceaan. Duizenden kilometers alleen maar water…

We rijden door naar playa El Verodal. Het is verboden om hier te zwemmen in verband met de ongekende krachten van de stroming. Tóch willen we hier even kijken, het is echt het meest westelijke punt van El Hierro en ver van de bewoonde wereld. Met een Land Rover móet je daar dan geweest zijn, toch? Zie middel de foto´s wat wij zagen…

Doorkijkje via een overkapping naar het strand, wat hier roodgekleurd is.
Onder de overkapping is het goed toeven. Heerlijk koel, grote tafels en bbq´s om heerlijk met de familie te eten en te genieten! Dit is genieten met een grote G op dit Spaanse eiland! En overal is het schoon…..

Hemelsbreed niet ver hier vandaan is de vuurtoren. Ook die stond op het lijstje vandaag! Tien jaar geleden konden we er niet naartoe omdat de weg verschoven was door regenval en aardschokken. Nu is de weg mooi geasfalteerd. Alleen is er een groot verschil tussen hemelsbreed en de werkelijke weg er naartoe. Die is smal en heeft héél veel bochten. In één van de bochten ontmoeten we een vrachtwagen…. Dat zijn spannende momenten voor de bijrijder 😉

Het lijkt soms alsof je door hoge bergen met houtskool rijdt. Zó zwart!

Het is geen mooie vuurtoren. Grauwe blokken steen, een groot hek eromheen (het kostte me wat moeite om zonder hekwerk een foto te maken) en ook hier geen bewoonde wereld. Maar toch, we kunnen hem afstrepen van ons lijstje!