Zij van dat Eiland

Over het wel en wee op een eiland in de Atlantische Oceaan

Nochebuena

Hoe mooi begint kerstavond (in het Spaans Nochebuena)….

De laatste werkdag van deze week voelde vreemd, alsof het zaterdag was, terwijl het pas vrijdag is. Wij zijn met de winkel langer open gebleven omdat er nog een cruiseschip in de haven lag en er nog toeristen in de stad ronddwaalden.

Vanmorgen was het gezellig druk in de straten, velen waren nog even op pad voor de laatste boodschappen of een vergeten cadeautje. De drukte werd vermengd met toeristen die het veelal hilarisch vinden om de kerstetalages met nepsneeuw te zien, terwijl ze in korte broek rond te lopen. 

Na een gezellige dag in de winkel sluiten ook wij de deuren. Er wachten twee vrije dagen op ons. Heerlijk! We hebben geen plannen. Of..toch wel: lekker luieren, een filmpje kijken, wat lezen. Maar vooral: onderuit en verder niets. Geen bijzonder diner, geen kalkoen, geen ingewikkelde gerechten of kerstkleding. Gewoon lekker ontspannen.

Als we thuis komen, staat buurman Ramon bij het hek van zijn tuin, met een bakvorm in zijn handen. Een vierkante cake met chocolade. “Alsjeblieft, gemaakt door mijn vrouw. Fijne Nochebuena hoor!” Zó lief!

Smullen!

Als we nét op de bank zitten – beentjes omhoog en beduusd van de cake – wordt er op de deur geklopt. Andere buurman. Drukt een in keukenrol gewikkelde glazen pot in de handen: hij heeft gisteren de hele dag Almogrote (een spread van kaas, knoflook en kruiden) gemaakt. Hier, voor jullie, fijne Nochebuena hoor… Zó aardig!

Een kleine gebaar, spontaan uit het hart is het mooiste geschenk. Wat een mooi begin van Nochebuena. We zakken onderuit. Voor iedereen die dit leest: Fijne Kerst!

De winnaar van vandaag

Sinds wij in Spanje wonen kom ik pas in kerststemming op 22 december, de dag waarop de grootste loterij ter wereld, El Gordo, begint. Het is een spektakel in het theater van Madrid, met veel officiële handelingen en tradities, wat breed uitgemeten wordt op televisie. De loten worden al verkocht vanaf september en de loterij-winkeltjes waar ooit winnende loten zijn verkocht, laten dat vaak met grote posters weten: “Hier werd het winnende lot van 2019 verkocht!“.

Bron: El Gordo

Op televisie gaat het spektakel van start. Een grote goudkleurige “bal” (kooi) waarin om 08.30 uur door de balletjes worden gestort waarop de nummers staan, Ernaast staat een kleinere versie met balletjes er in waarop de te winnen prijzen staan. Als alle balletjes veilig opgesloten in de beide kooien zitten, komen de kinderen het podium op. Twee aan twee zullen ze straks vóór de opstelling staan. Eerst valt het balletje met het nummer van het lot, wat door het ene kind zingend bekendgemaakt wordt, daarna valt het balletje met de prijs, wat door het andere kind gezongen wordt. Over het algemeen wordt er heel vaak door het tweede kind “mil euro” (€ 1000,=) gezongen, want de balletjes met dat bedrag zijn in de meerderheid. Het is schattig om te zien en het is echt een eer om daar te mogen staan.

Wat ik nóg schattiger vind is als er na het zingen van het lotnummer, opeens een ándere prijs dan de duizend euro op het tweede balletje staat. Dan ontstaat er een soort schrik op de gezichtjes en zingen ze óf een octaafje hoger óf met een bibberig, overslaande stem hun riedeltje. Zó aandoenlijk! Als je je verveelt in de kerstvakantie of tijdens de lockdown, zoek maar eens op Youtube naar El Gordo, waar de kindertjes zingen.

En zo zat ik ook deze keer, met ontbijt op de lage tafel, al te genieten van het kerstgevoel wat door het gezang bij mij de overhand begon te krijgen. Gezellig hoor! En ja, ook hier lag een lot op tafel, het is een Spaanse traditie, nietwaar?

Tussen het wisselen van de zingende kinderen wordt uit Covid oogpunt van alles schoongemaakt op het podium. Tafeltje, stoel en de handgrepen. De kinderen zetten hun mondkapjes netjes op als ze gaan wisselen. Een perfect moment om even online in de regionale krant te kijken. Daar lees ik, dat vanaf deze ochtend iedereen uit mijn leeftijdscategorie de Boosterprik kan halen. Of zoals ze het hier noemen la vacuna de refuerzo. Ha fijn! Ik klik op de link om een afspraak te maken en een half uur later zit ik al op het krukje en ben ik de winnaar voor vandaag: Ik heb hem binnen!

Nog éven…

Lockdown of niet, stay positive…. Nog maar twee nachtjes slapen en dan gaan we qua zon weer de goede kant op!
Ja, élke dag komen er minuutjes zon bij. Echt waar!!

Besparen….

Hier is men niet zo van de zuivel zoals men dat in Nederland is. Geen literpakken verse melk, karnemelk of gele vla in het koelvak (die laatste twee zijn wel héél erg Hollands….) maar gepasteuriseerde lang houdbare melk in het schap. Eigenlijk vind je ook geen gewone yoghurt of kwark in het koelvak. Wel andere toetjes in veel smaken en variaties. Ze zijn vooral flink gezoet, bijna altijd in eenpersoons verpakking en daardoor niet bepaald goedkoop.
Geen naturel zuivel zoals in Nederland, wél heel veel toetjes! Foto: Gobierno Canarias
Yoghurt is hier in vele smaakjes, met fruit of met muesli, in van die kleine plastic bakjes, 4 of 8 bij elkaar. Yoghurt naturel zoals in Nederland koop je hier vaak nóg met toegevoegde suiker. Ja, Spanjaarden zijn zoetekauwen :-). Het is even zoeken maar regelmatig vind ik gelukkig ook die kleine verpakkingen zónder de toegevoegde (riet)suiker. Wij eten dagelijks yoghurt maar al die kleine verpakkingen zorgen wél voor een hele berg afval. Ik heb daar geen zin in. Daarom maak ik van zo´n 4-pack naturel yoghurt minstens 5 liter pure, lichtzure en verse yoghurt. En het is zó makkelijk te maken, let maar eens op: Wat heb je nodig:
  • 2 eetlepels yoghurt zonder toevoegingen
  • 1 liter volle melk
  • Pan met deksel en een lepel om te roeren
  • Voedingsthermometer
  • Een Hooimiep (een variatie op de bekende hooimadam, maar een dekbed of dikke deken doet het ook goed!)
Yoghurt en volle melk (in rode verpakking – in NL is dat magere melk 🙂
Het principe is eenvoudig: in de yoghurt zitten bacteriën die de lactose in volle (vette) melk kunnen omzetten in melkzuren. Dit heet fermenteren. Een béétje yoghurt kan een liter melk dus omtoveren tot méér yoghurt. Maar, dit kan alleen als het lekker broeierig warm is en als je materiaal goed schoon is.
Melk en yoghurt in de pan en alles in de aanslag….
Aan de slag: Schenk de melk in de pan en doe er twee volle eetlepels yoghurt bij. Roer het goed door en zet het op laag vuur. Roer het steeds rond en steek er af en toe de thermometer in. !! Erbij blijven, want het gaat allemaal heel snel!! Als de temperatuur van het melkmengsel 42 graden is, draai je het vuur uit. Als het melk/yoghurt mengsel warmer dan 43 graden wordt, gaan de yoghurt bacteriën dood en wordt de melk geen yoghurt.
… nog even en dan kan het vuur uit…
Doe daarna de deksel op de pan en zet het geheel in de Hooimiep. Heb je die niet? Verstop de pan dan in je dekbed of wikkel het in een deken. De bedoeling is dat het melkmengsel lang warm blijft, waardoor de yoghurt bacteriën gezellig kunnen fermenteren.
Mijn “yoghurt-in-de-maak” gaat in de Hooimiep
Laat de yoghurt ongeveer 6 – 12 uur lekker broeien in de hooimiep/deken/dekbed. Daarna schep je het over in (twee) plastic bakjes met deksel en gaat het de koelkast in om lekker friskoud te worden en nog ietsje dikker te worden. Je kan deze yoghurt zo´n 4-5 dagen bewaren. Je zou het laatste restje yoghurt opnieuw kunnen gebruiken voor een volgende fermenteerronde. Zelf doe ik dat alleen als ik geen kleine yoghurtjes meer in huis heb. Kijk, of yoghurt maken op deze manier echt besparend is, weet ik niet maar we kúnnen hier geen literpakken yoghurt kopen. Op deze manier heb ik meer yoghurt in één keer, zonder een hele berg afval. Dus op een andere manier is het toch een soort besparing, toch? Nog een fijne bijkomstigheid: de gefermenteerde melk (yoghurt) bevat goede bacteriën en is daarmee goed voor je darmflora. En door je yoghurt zélf te maken, weet je precies wat erin zit! Wil je een keer extra romige yoghurt? Roer er als de pan van het vuur is, een scheutje slagroom doorheen…. Smullen!

Rust in de tent

Elk jaar zo in de tweede helft van november begint het hier te gonzen. Natuurlijk omdat het hoogseizoen qua toerisme gelukkig weer een beetje op sterkte komt, maar ook om iets anders: De eerste “breedgeschouderden” worden gespot. Ze lopen nog wat onwennig door de straten in korte broeken en vaak steken de witte benen in sokloze sportschoenen of badslippers. Wij weten inmiddels hoe laat het is en zien in de dagen die volgen steeds meer van deze “breedgeschouderden”.

 

Ze strijken neer op terrasjes en bestellen voor een weeshuis. Écht. Broodjes Americano (sla, tomaten, uien kaas, ham en een gebakken ei) en hamburgers worden per twee besteld en weggewerkt alsof het niets is. Doe er ook nog maar een portie papas (friet) bij. ´s Avonds zien we ze opnieuw op de terrasjes moeiteloos grote borden pasta naar binnen werken. Als je erop let, lijkt het alsof ze de hele dag kauwend doorbrengen. Ze lachen, herkennen andere “breedgeschouderden” en vormen heel langzaam een eigen communie. De communie die vooral geen enkel probleem heeft om heel veel calorieën naar binnen te werken en totaal niet zit met “een pondje meer”.

 

In diezelfde tijd worden worden er in de haven vlaggen gehesen van verschillende landen. We zien onder andere de vlaggen van het Verenigd Koninkrijk, Nederland, Denemarken, Finland, Ierland, de Verenigde Arabische Emiraten, Zwitserland, Zuid Afrika, Spanje, de Kaaimaneilanden, Amerika en Australië. Ook komen langzaamaan de speciale roeiboten binnen vanuit diezelfde landen, die een speciale afgeschermde plek krijgen in de buurt van de haven – we hebben vanuit ons huis er goed zicht op. De “breedgeschouderden” zijn daar dagelijks te vinden en druk met het prepareren van hun roeiboten. Wij kijken met verbijstering hoeveel eten en drinken er in alle hoeken en gaten wordt gestopt. Men maakt zich op voor een titanenstrijd:

 

La Gomera is jaarlijks in december het vertrekpunt van de Talisker Whisky Atlantic Challenge (afgekort TWAC), waarbij men roeit voor een gekozen goed doel. Het is een prestatietocht om roeiend de oversteek van La Gomera naar Antigua te maken. Ja, je leest het goed, roeiend. Al zit er ook een wedstrijdelement in, ik schrijf bewust een prestatietocht, want iedereen die hier vandaan vertrekt en dáár aankomt, is automatisch al een HELD. En in mijn ogen ook een winnaar.

 

Met een traject van ruim 4700 km trotseren deze titanen zeeziekte, kou, golven van meer dan zeven meter en stromingen om aan de overkant te komen. Met onderweg een dagelijks verbruik van ca. 8000 calorieën en een verlies van gemiddeld 12 kilo aan gewicht, snap ik wel waarom ze tevoren nog zoveel mogelijk naar binnen werken 😉

2013 – Toen hing er nog een helicopter boven het startveld. Inmiddels vervangen voor drones 🙂 Foto: Mirjam Polman

We hebben de afgelopen dagen roeiers gesproken die de uren aftellen om vooral te kunnen gáán. We hebben ex-roeiers gesproken die de race al eens hebben geroeid en hier zijn om de nieuwe roeiers aan te moedigen. En we hebben teams ontmoet die er dit jaar bij zijn als voorbereiding op hun eigen start in 2022, bijvoorbeeld Two-Inna-Row. Allemaal zijn ze gedreven, enthousiast en supergemotiveerd om dit bizarre avontuur in elke vezel te voelen. Om een ongekende prestatie te leveren, grenzen te verleggen en jezelf opnieuw te vinden.

Foto: TWAC

Waren het vroeger vooral breedgeschouderde mannen, we zien de laatste jaren ook steeds meer vrouwen die deze strijd aangaan. Het is een traject van minimaal 18 maanden zowel geestelijke als lichamelijke voorbereidingen en training. Sommigen gaan solo de strijd aan, anderen hebben een team gevormd waarbij er een roulerend systeem ontstaan van roeien, rusten en eten. Je vindt de teams van 2021 hier en je kan de teams live volgen via de YB Races tracker. Iets wat heel leuk is om te doen vanaf de bank… 🙂

Vandaag was het vertrek. Elke roeiboot start afzonderlijk met een startschot, in gejuich bijgevallen door supporters, achterblijvers, familie en vrienden. Morgen – en misschien vanavond al – worden de vlaggen weer binnengehaald en vertrekken de achterblijvers naar huis. Dan keert de rust weer terug.

De Winnaars van 2020 – Nederlanders! Foto: TWAC

Wintertijd

We hebben regen gehad!!

Schreef ik onlangs dat er niet zoveel regen is gevallen, afgelopen vrijdag hadden we zowaar een échte regenachtige dag. En wat genoot ik daarvan! ….En wat klinkt dat gek als je uit een land komt waar er vaak op regen gemopperd wordt 🙂

Het begon eigenlijk op donderdagmiddag al. Terwijl we buiten stonden te praten vielen de eerste dikke druppels en trokken we snel alles naar binnen. Het werd een heuse regenbui met plassen op de straten! Op vrijdagochtend kwam het met bakken uit de hemel. De hele grijze, stoffige natuur kon genieten van een heerlijke douche!! Maar, het ging voor het mooie nét even te hard. Het water gutste óver het land en had weinig tijd om echt in de droge grond te zakken. (toch even mopperen.. )

We zijn tussen de middag in de auto gestapt en over een smalle weg een stuk de bergen in gereden. Alles is dan zó mooi groen! En als je uitstapt, hoor je overal water ruizen. En het ruikt…. alsof je verse groenten en kruiden aan het snijden bent voor een soep, zó lekker!

Foto: Mirjam Polman

In de auto is het dan oppassen want het regenwater vormt snelstromende riviertjes met modder en stenen, dwars over de weg heen. Opgedroogde olie en vuil van maanden maakt dat de weg een zeepbaan wordt bij zoveel regen. Of er schuift een grote berg rotsen en stenen de weg op, onder druk van het water wat zich een weg baant.

De regen was maar van korte duur, halverwege de vrijdag werd het weer zonnig en viel er steeds minder vaak een buitje. Het was niet te vergelijken met 2018, toen er veel regen viel en het met enorme kracht van de bergen kwam.

Ongeveer op dezelfde plek als de eerste foto, maar nu in 2018. Je ziet de watervallen en het regenwater wat zich verzamelt in het ravijn (een barranco). (foto: Gomera Verde)

Deze enorme hoeveelheid water zocht zich een weg via de barranco naar het aangelegde stuwmeer. Er moesten sluizen open, want het stuwmeer zou anders overstromen….

Foto: Gomera Verde

Ook dan valt het water in een diepe natuurlijke geul die men verstevigd en verhoogd heeft. Hierdoor kan het water redelijk gecontroleerd naar zee wegstromen. Die geul, de barranco, staat eigenlijk altijd droog. We wandelen er weleens in, het lijkt op een droge rivierbedding met aan aan zijkanten versteviging in de vorm van muren. Als er zoveel water doorheen komt, wordt het een woest kolkende rivier die alles mee sleept.

vlakbij zee, met zicht op de bergen, 6 km landinwaarts. Rechts wordt het overvloedige regenwater uit de stad geloosd. (foto: Mirjam)

Hieronder een indruk hoe dat eruit zag. Men filmt vanaf de stad tot in de bergen.

 

Bron: Gomera Verde

Uiteindelijk kwam al het overtollige regenwater wat niet meer opgevangen kon worden, uit bij de zee. En daar ontstond een vreemd beeld. Een dikke stroom chocolademelk-kleurig regenwater wat met kracht de blauwe zee in stroomde. De branding en het chocolademelk-kleurige regenwater stroomden en golfde tegen elkaar in. Een bijzonder schouwspel – kijk zelf…

Film: Ewold Polman

Zondag

Zondag… Sinds kort is dat ook voor ons een vrije dag. Samen met maandag vormt het ons weekend, tenzij er cruiseschepen gepland staan, dan gooien we de winkel bij uitzondering open.

Zondag is echt zo´n dag om los te komen van het werk. Het begint vaak met een ontbijtje buiten en een wasmachine die aan het werk gezet wordt. Vaak ga ik daarna de keuken in om “voorwerk” te doen: maaltijden maken voor de week die komt. Al heb ik een ouderwets drie-pits gasfornuis tot mijn beschikking met daaronder een oven die een beetje eigenwijs is, we komen een heel eind! Het is soms even schuiven met de pannen, als niet alles tegelijk op het vuur kan maar overal is een oplossing voor. Twee soorten groenten kunnen ook op één pitje warm gemaakt worden: ik hang bovenin de pan met de ene groenten, een zeef met daarin de tweede soort groenten. Of ik zet Mijn Hooimiep in (mijn variant op de Hooimadam – zie internet) die veel warm kan houden en het langzaam laat garen, zonder gebruik van gas.

Ik maak een ovenschotel, kip-kerrie met veel verse groenten, en soep. Alles in XL formaat, zodat we er meerdere dagen mee uit de voeten kunnen. Aangevuld met een salade of een pitabroodje kunnen we op de dag zelf lekker snel aan tafel.

En wat is er leuker om dan de soep te eten uit ouderwetse boerenbont kommen!